Ook bij ons zijn er steeds vaker kastanjebomen waarvan de bladeren in het begin van de zomer bruin beginnen te kleuren. De veroorzaker hiervan is de (paarden)kastanjemineermot ofwel Cameraria ohridella. Het is een zeer kleine goudbruine mot van slechts 0,5 cm lang. De smalle vleugels zijn aan de rand met fijne haartjes bezet. Je ziet ze het vaakst op de paardenkastanje of de esdoorns. Niet het mineermotje zelf, maar de larve ervan is verantwoordelijk voor ernstige schade. Deze larven, met duidelijk diep ingesneden segmenten, zijn pootloos en afgeplat. Ze zijn 1,5 à 2 cm groot.
Welke schade richten ze aan?
De larven brengen ernstige schade toe aan de bladeren van de paardekastanje. Ze nestelen zich in de bladeren en graven er gangen in. Door het verdwijnen van het bladgroen worden de bladeren bruin.
De toegebrachte schade kan enorme proporties aannemen, waarbij de aangetaste bomen bij zeer massale aanvallen volledig bruin kleuren en de bladeren in de zomer beginnen te vallen. Indien de plaag en de bladval middenin het groeiseizoen opduiken, is de boom niet in staat voldoende reserves voor de winter en de daaropvolgende lente op te bouwen. Hierdoor verzwakt de boom jaar na jaar, waardoor hij vatbaarder wordt voor andere ziekten en plagen.
Wat kan je zelf doen?
De mot brengt de winter door in popstadium in afgevallen bladeren. Alle afgevallen bladeren moeten daarom tijdig vernietigd of afgevoerd worden, dus niet enkel de bladeren opruimen van onder de boom en vervolgens op een hoopje leggen.
Als je ook een paardenkastanje in je tuin hebt staan, raden we aan het bladafval niet op de composthoop of in de compostbak te gooien, maar naar het recyclagepark te brengen. De temperatuur in je eigen composthoop of -bak is zelden hoog genoeg om de poppen en larven te doden, waardoor de aantasting aanwezig blijft om het volgende jaar weer toe te slaan.